Recensie 4 juni 2004

Bijrol voor Toonkunstkoor

Muziekrecensie: Susanne Lammers, Leids Dagblad, 5 juni 2004

Voor zijn vijfentwintigste verjaardag als dirigent kreeg Hans van der Toorn van zijn Toonkunstkoor carte blanche. Hij mocht helemaal zijn eigen wens volgen en koos voor de uitvoering van pittige stukken: Le Roi David van Honegger, met als voorafje Poulencs Gloria. Het Toonkunstkoor volgt hem liefderijk in zijn keuze, maar helemaal zeker van zijn zaak is het niet. Poulencs ritmiek lijkt soms wat te hoog gegrepen en het Randstedelijk Begeleidings Orkest speelt zo enthousiast, dat het vocale vaak voor het in- strumentele wijken moet. Wel krijgen de zeer verschillende sferen in het werk de ruimte, het ”Laudamus Te” schuimt naar behoren en het ”Domine Deus, Agnus Dei” (waarin sopraan Ellen Schuring het koor zelfverzekerd voorgaat) treft precies de juiste toon van bijna angstige eerbied en wijding.

Maar het ging Van der Toorn natuurlijk om Honeggers Le Roi David, een groots oratorium, een symfonische psalm. Dat vertelt het leven van Koning David, verlevendigd en verdiept door koor, solisten en orkest. Honegger laat veel ruimte aan de krijgshaftige kant van David, het koper mag domineren, feestelijk of dreigend, al naar gelang de afloop van de veldtochten, zelfs honend, als het de overwinning van de Filistijnen viert.

Maar David de Zanger komt ook aan bod: harp, fluit en houtblazers tekenen de lyrische kanten van de oudtestamentische koning. Ook hier vervult het RBO de prominentste rol, subtiel en kleurrijk in kleine ensembles of overdonderend in tutti-passages. Een andere hoofdrolspeler is verteller Romain Bisschoff, die het verhaal vanuit de preekstoel met de juiste kracht, eenvoudig, maar messcherp oproept. Een sterke bijdrage levert ook Léonie Korff, die over een amberen stem beschikt maar ook een expressieve waarzegster zingzegt.

Het Toonkunstkoor is op dreef in het schwungvolle Overwinningslied na de krachtmeting met Goliath, maar overtuigt het meest in de bescheiden begeleide stukken zoals de half-canonische Boetepsalm en de daaropvolgende psalm, waarin vooral de regel “J’ai péché, j’ai grandement péché” fraai nadruk krijgt door een subtiel crescendo. Ook ”Dans cet effroi”, met afwisselend koor en orkest, is spannend en goed in balans, net als het rustig maar onontkoombaar opgebouwde slotdeel, waarin stem zich bij stem voegt tot alles samenvloeit in een groots Halleluja.

Na afloop van het concert had het Toonkunstkoor een verrassing in petto voor dirigent Hans van der Toorn. Voor zijn 25-jarig jubileum kreeg Van der Toorn een compositie aangeboden van Burckhardt Söll. Het stuk, waarvan de dirigent gisteren de partituur kreeg, beleeft zijn première op 29 januari van het volgend jaar.